Wat heeft deze titel met wandelen te maken? Nou, veel …
Vorig jaar zomer vatte ik voorzichtig het plan op om mee te gaan doen aan de vierdaagse van Nijmegen. Ter oriëntatie ging ik eens informeren bij een collega; hij had al diverse keren mee gedaan aan dit evenement. Hij deed dat jaar niet mee: het trainen kostte hem teveel tijd zei hij. Ik weet nog zo goed dat ik toen dacht “oké, voor de vierdaagse moet natuurlijk getraind, maar tijd zal toch niet het struikelblok zijn….?”
Eigenlijk zo naïef deze gedachte van mij, als partner van een gedreven atleet weet ik toch van zeer dichtbij hoeveel tijd trainen kost? En ik had zelf een halve marathon gelopen, was ik vergeten wat je daarvoor moet doen (en vooral ook laten)?
Mijn nonchalance wat betreft de tijdsinvestering kwam waarschijnlijk ook omdat ik vooral aan het nadenken was over de fysiek zware belasting; zou mijn lijf het aankunnen na een hernia?
De eerste twee maanden van het trainen verliep alles soepel, een wandeling van 1 a 2 uurtjes is prima in te plannen. Daarna werd het langzaamaan anders: twee keer per week ’s avonds anderhalf uur lopen met een meer dan 40urige werkweek is niet altijd haalbaar bleek. In de weekenden werden de wandelingen qua afstand langer en langer; en inmiddels komen we op het punt dat er regelmatig 2x per weekend een lange afstand gewandeld moet worden. Dat betekent dus voor nu, de laatste twee maanden voor de start, echt plannen van de trainingen! Ik maak dus ruimte in mijn agenda. Mogelijk dus wat minder sociale gezelligheid of andere afleidingen de komende tijd.
Spannend, maar vol vertrouwen ga ik er voor. In mei en juni zal de kleurplaat flink verder gevuld gaan worden.
ps.: het lijf doet het trouwens nog steeds prima!